Spoor de mensen een geweten
Het ‘averechts‘ boemeltje van Boon
Tussen oktober 1945 en januari 1947 spoorde de jonge Louis Paul Boon dagelijks van Aalst naar Brussel, waar hij werkte voor De Rode Vaan. In die periode schreef hij ruim 300 bijdragen – toen nog niet Boontjes geheten – over onder meer literatuur en beeldende kunsten.
Met de trein (oude dienstregeling!) leggen enkele schrijvers en kunstenaars anno 1999 het omgekeerde traject af van de Boonse ‘Rode Vaan-reis’. Een gezelschap dat zich spiegelt aan de door Boon beschreven treinreizigers Carlos Weinigteit, Jeroem Dhonderkop, Treezeken Peerlamour en Medardus Rhonkendwoordt. Een averechtse beweging om ’te betwisten over kunst en over andere dingen die niet bestonden in mijn peerlamoeren leven’.
Want hoe zou Boon nu geschreven hebben? Hoe zou hij geschreven hebben over het oerwoud van de groeiende grootstad? Hoe zou hij inhoud hebben gegeven aan de ‘geëngageerde literatuur’ die vandaag de dag zo hopeloos ouderwets lijkt? De betwisters zijn Jeroen Olyslaegers, Geertrui Daem, Walter van den Broeck, Josse De Pauw, Charles Ducal, Stefan van den Broeck, Betty Mellaerts, Paskal Deboosere, Kris Humbeeck, Bart Van Nuffelen, Johan Petit, Arne Sierens en Lies Pauwels.
Naar aanleiding van het 20-jarig overlijden van Louis Paul Boon, legde de gelijknamige kring in 1999 de historische trein in van Brussel naar Aalst. Aan tal van kunstenaars werd de vraag gesteld hoe Boon anno 1999 zou schrijven. Het resultaat werd gepubliceerd in dit boek met foto’s van Jo Boon.